Hoofdzonden
Door: Hans
Blijf op de hoogte en volg Hanny en Hans
18 Juni 2008 | Ethiopië, Addis Abeba
Toch maar weer wat vertellen over Arba Minch University, en mijn ICT bezigheden daar.
Beginnen we met het goede nieuws. Bij mijn komst was mijn manager Fikru teleurgesteld dat zijn voorstel aan het bestuur van AMU voor personeelsuitbreiding van de ICT afdeling kort daarvoor niet was goedgekeurd. Er zijn maar vier posten voor ICT-medewerkers in het formatieplan, en die zitten in de lagere schalen. Wel zijn er wat mensen van faculteiten die part-time meedraaien, maar je kunt niet spreken van een gestructureerde ICT afdeling met een goed ontwikkelingsplan. In maart hadden we de president van AMU voorgesteld om bij alle faculteiten te inventariseren wat de meest dringende ICT-behoeften zijn, en ook onze eigen opvattingen over nodige ICT-ontwikkelingen daar te presenteren. Na het hele consultatieproces gingen we dan een voorstel maken voor ICT-diensten die zouden moeten worden opgezet, met financiële en personele consequenties daarvan.
Dat voorstel was midden april klaar, en eind april goedgekeurd. Dat is dan het kader, de policy, die aangeeft wat er eigenlijk in zo’n twee jaar moet zijn verwezenlijkt. Daarna was het een dikke week pasen overal. Vroeg in mei hebben we een aktieplan opgesteld (met onder andere het werven van 8 extra ICT’ers), wat eind mei is goedgekeurd. Het aktieplan omvat het daadwerkelijke recruteringsproces, de aanschaf (tender) en aanleg van essentiële apparatuur en infrastructuur, en de start van het implementeren van sommige diensten (met name centraal workstation management en uniforme virusbestrijding). Met die lijst ben ik dus de laatste weken bezig. Daar zitten afhankelijkheden bij waar ik niet makkelijk een vinger achter krijg (o.a. de recrutering zelf, het ontwerp van herziene elektrische bekabeling voor het Data Centre en enkele computer-instructielokalen, ...). Die hangen af van de bereidheid van de betreffende afdelingen om in aktie te komen. Er mee netwerken is daarvoor één optie; de andere is de president in het kader van de goedgekeurde plannen een opdracht te laten geven. Soms werkt het een, soms kiezen we voor het ander. Al met al zit er toch, langzaam, beweging in het geheel.
Maar de achterkant van het plaatje is er ook. Een aantal diensten die al lang zouden moeten werken zijn nog steeds niet stabiel genoeg om aan gebruikers te geven. Wat dat is, waarom het nog niet werkt, en wie daar wat aan moet doen, zou veel technische tekst opleveren waar jullie niet op zitten te wachten. Laten we het algemeen houden en die achterkant globaal indelen: links de chaotische erfenis van het korte universitaire verleden (4 jaar), rechts de potentiële chaos van de ministeriële dekreten voor de nabije toekomst, en in het midden de chaos van de dag en de manier waarop de staf gewend is daar mee om te gaan.
Chaos uit het verleden: AMU’s bestuurders mochten, wilden of konden de eerste expansie van vier jaar geleden niet leiden: het Ministerie had de regie. Er is erg weinig autonomie voor de universiteiten. Consultants uit Addis ontwierpen de infrastructuur, aannemers uit Addis verwezenlijkten het. In golven, en niet per se gecoördineerd. Een paar van de resultaten: 12 onafhankelijke netspanningstransformatoren (meestal oversized) en leidingnetten, die wel allemaal tegelijk plat gaan bij power cut op de hoofdleiding. Drie lang geleden bestelde maar nog niet aangekomen zware generatoren om power cuts op te vangen – maar die kun je niet koppelen aan 12 ook nog eens verspreide trafo’s. Uninterrupted Power Supplies op plaatsen waar het computercentrum gedacht werd, maar waar niet het datakabel- en glasvezelknooppunt aangelegd werd. Een landelijke aanbesteding voor een basiscomputernetwerk, leidend tot standaardisatie op Cisco voor het LAN (hoera) en SUN Solaris (hè?) voor email, proxy, DNS enzo.
Iedere betrokkene past goed op voor hoofdzonde 1 hier: onderhoud. Vooral geen onderhoud plannen of uitvoeren. Dus ook niet de staf aannemen die bij zo’n ICT installatie hoort om hem draaiende te houden en uit te breiden.
Een jaar geleden lukte een poging van Fikru om staf te regelen via een extern subsidiepotje: een systeemanalyst en een network engineer op contractbasis voor anderhalf jaar. Het potje is leeg en wordt niet meer gevuld. Maar de network engineer was sowieso al na twee maanden gevlogen naar Addis, geconfisceerd door het Ministerie (dat betaalt indirect toch zijn salaris?) voor een nieuw nationaal project: tuition via videoconference. Er zijn zo weinig gekwalificeerde lectoren voor de Masters-opleidingen dat studenten van verschillende universiteiten gelijktijdig les per vico gaan krijgen van één prof. Interaktief, in principe.
Chaos in voorbereiding, voor de toekomst: AMU zou in vier jaar moeten groeien van 8 000 naar 30 000 studenten. Het ministeriële decreet daartoe is volgens boze tongen in zeer korte tijd geformuleerd naar een model in India, waar ook een giga-groeioperatie is ingezet enige tijd geleden. En: engineers is what we need, dus 70% van de ingeschreven studenten moet dan engineering-related onderwijs volgen. Artsen, landbouwspecialisten – dat aantal hoeft niet zo nodig te groeien...
Chaos van de dag: alle software is illegaal, Ethiopië heeft de WTO/GATT verdragen niet geratificeerd en komt nog weg met schending van Intellectual Property rights. Ook de anti-virussoftware is gejat en wordt regelmatig geblokkeerd door de uitgevers, waarna er weer een hele ronde vervangende gepikte produkten moet worden gedistribueerd. Overal barst het dus van de virussen, en toch zwaait iedereen met memorysticks en draagt ze vrijelijk over. Je zou zeggen dat zo’n universiteit dus de plaats bij uitstek is waar mensen elke dag weer de gevolgen zien van overal maar je memory stick insteken – en toch zijn universiteiten de plaatsen met de hoogste HIV-scores.
Meer chaos van de dag: Denial of Service aanvallen van virussen op het AMU netwerk; te bestrijden door in het Data Centre te tracen – hé, waar is de sleutel van het Data Centre?
Die heeft Tamirat. (Afspraak: altijd de sleutel bij de secretaresse achterlaten)
Waarom is er nog steeds maar één sleutel? We hadden toch besproken dat er een paar werden bijgemaakt?
Yes. (Fout 1: nooit meer dan één vraag tegelijk stellen. Fout 2: bijgemaakte sleutels hebben hier nog nóóit gepast).
Is Tamirat al gebeld?
Nee.
Bel hem alsjeblieft even.
(aarzel) Goed. (tien keer proberen) Het GSM-network is overbelast.
Weet iemand waar Tamirat is?
Die slaapt nog.
Woont hij op de campus?
Ja.
Dan gaan we hem nu toch halen?
Onder het kopje kleine successen mag hier gezet worden: standaardiseren op een cocktail van een gepikte en een vrije virusscanner; en de software, installatiehandleiding en updates distribueren via een server – updates worden wekelijks centraal geconsolideerd, on-line update features zijn uitgeschakeld omdat we maar zo’n magere Internet-lijn hebben... Mijn belangrijkste aandeel: het blijven hameren op één lijn voor alle ICT-medewerkers (dat de een niet Avast uitdeelt en de ander Avira), en het schrijven van een sluitende installatie- en gebruikersinstructie. Want hoofdzonde twee is: documenteren. Maakt men zich niet graag aan schuldig! Nog een klein succesje: het documenteren van de bestaande installatie is bijna rond.
En hoe de staf daar tussendoor manouvreert? Nu even niet proberen te generaliseren. Dat men het laconiek opneemt. Dat er niet genoeg samenwerking is tussen faculteiten, dat individuen niet zo sterk naar samenwerken neigen als je gewend bent, dat lesgeven (“the teaching and learning process”) meer aanzien heeft dan hand-en spandiensten als ICT. Feit is dat de chaos van de dag een deel is van de normale modus operandi. Men loopt naar binnen in een kamer waar iemand al met een ander in gesprek is en dringt zich enigszins (of heel erg) op – terwijl die ander dat net ook gedaan heeft ten koste van weer een ander. Afspraken in agenda’s zijn een zeldzaamheid, zelfs naar de president loop je zo toe, er staan twee grote comfortable banken in de kamer van zijn secretaresse waar je als in de wachtkamer van een dokter met een tijdschrift van de leestafel op schoot wacht tot de deur opengaat en de vorige patient met een briefje/dossier in de hand naar buiten komt (je spreekt hem ook aan met dokter. Iedereen met een PhD in principe. Good morning doctor). Op de ochtend van de dag van een van de belangrijkste afgesproken beslispunten in ons project, wist noch de secretaresse van de vice-president, noch die van de president, wanneer precies en waar de bespreking zou plaatsvinden.
Twee dagelijkse chaotische hoogtepunten zijn de lunch in het restaurant (beetje grote naam voor het deels binnen, deels buiten liggende eetgebeuren), en als je dat wilt vermijden, de rit met de personeelsbussen naar de stad voor diegenen die thuis of in een ander restaurant willen eten. In het universiteitsrestaurant zoek je eerst waar vandaag de dame zit die de plastic fiches verkoopt die recht geven op een bord eten. Heb je die gespot door de grote groep mensen voor een tafeltje die allemaal tegelijk hun handen vooruit steken met briefjes Birrs erin, dan weet je waar je moet gaan worstelen. Heb je dan een fiche dat recht geeft op je injerra met chiro of zo (meestal keus uit drie gerechten om 12 uur, uit twee om kwart over twaalf), dan moet je zoeken naar iemand die daar het eten voor komt brengen. Da’s moeilijker, want die bewegen en hebben hun handen al vol met eten en fiches. Fiche afgegeven, handen wassen (Ethiopiërs eten zonder bestek, scheuren met de rechterhand lapjes injerra af en grijpen daar de substantie mee vast die op de injerra ligt; behalve bij rauw vlees, daar krijg je een bloedscherp sikkelvormig mes bij). Zoek een stoel ergens aan een tafel. Kan even duren, het is druk. Heb je een tijdje gewacht, en dan heeft alles bij elkaar te lang geduurd en komt er een bord met ander eten, want het jouwe was op.
De bussen zijn nog leuker. Er zijn er drie (er zijn er meer, maar daar wordt het verhaal alleen maar moeilijker van). De een gaat naar Sikela, de ander naar Shecha, en de derde naar halverwege die twee. Je kunt natuurlijk niet met de Shecha-bus naar Sikella, want hij stopt er niet hoewel hij er doorheen komt. Je kunt aan een bus niet zien waar hij heen gaat (ook niet in het Amhaars). Je kunt ook aan de driver of de attendant niet zien waar hij heen gaat. Is elke dag anders. Totaal uitwisselbaar. Wordt elke dag door Transportation bepaald. Hoofdzonde drie: een werkend proces verbeteren. Zeker als dat het verspreiden van informatie met zich meebrengt, zoals een bordje met de naam van de bestemming op de ruit. Foei. Informatie hou je vast, die is te belangrijk om weg te geven (dit is helaas niet alleen maar een grapje, ik heb legio serieuze voorbeelden). Een manier om uit te vinden welke bus waarheen gaat is: vragen. De mensen met haast staan vooraan als de deuren van de bussen opengaan, en vragen waar hij heen gaat. Een deel wendt zich teleurgesteld om en dringt zich door de wachtenden naar een andere bus, een ander deel gaat naar binnen. De beste strategie als je inmiddels genoeg mensen kent is: op een afstandje kijken wie er waar naar binnengaat. Hoef je niks meer te vragen. Ben je alleen soms te laat om nog te kunnen zitten.
http://hanshesseling.nl/am10.pdf
Bijschriften:
1 AMU-chauffeur Abraham neemt naast Tsegay, Getahun en mij (en soms Hanny) ook vaak zijn kinderen mee
2 Hanny met Dereje (network technician, links) en Henok (system engineer)
3 Soms duurt honderd meter op de campus lang door alle schouderkussen
4 Formeel memo
5 Op de 4e verjaardag van AMU op 15 juni
6 Hoofdgebouw beetje opgesmukt, fontein aan
7 AMU-perken opgevrolijkt voor de gelegenheid
8 De president spreekt ons toe (en voor en na hem nog vele anderen)
9 Toehoorders: de staf
10 Tijd om even op de Open Dag te gaan kijken
11 Irrigatiemodel van Water Technology Institute
12 Model van drinkwatervoorziening universtiteit
13 Tekenklas bouwkunde – rechts de premier van Ethiopië
14 Eerstejaars werkstukken bouwkunde
15 Derdejaarswerk bouwkunde
16 Stadsontwikkelingshemelbestormer
17 Intussen op het podium...
18 Dansgroep uit Awassa, niet uit eigen gelederen
19 Bloem van de week – maand – kwartaal, hij bloeit een half jaar, eerst zonder dan met bladeren
20 Staat op veel plaatsen; heet Dire Dawa zaf, ofwel Flamboyant
21 Niet verwarren met Flame of the Forest, ofwel voor de oud-Kenyanen onder ons: Nandi Flame
-
18 Juni 2008 - 13:57
Sylvia:
Tjonge tjonge wat weer een verhaal, en ik moet je wel zeggen, je maakt er wel werk van om ons het gevoel te geven... muv de geur en te temperatuur, die kun je niet overbrengen maar, of we dat nu altijd erg vinden? Ik geniet van de verhalen maar blijf me ook verbazen... -
20 Juni 2008 - 18:11
Dieneke:
Hallo Hans,
nog even terug komen op je vorig verslag: gelukkig dat er beschermengeltjes zijn!! die hebben we allemaal regelmatig nodig.,kan me indenken dat je dat zondag nog niet kwijt was.Goed om te lezen dat je met bepaalde zaken vooruitgang en succes boekt,ook al kost het een heleboel energie, zelfs het bemachtigen van je lunch! Zaken die voor ons zo simpel zijn zoals bordje met naam bestemming bus!!Maar elk succesje is winst.!
groeten Jan en Dieneke
-
21 Juni 2008 - 08:06
Jan Borkent:
Mooie analyse, prachtig cryptisch beschreven.
Wat een incasseringsvermogen moet je hebben. 'Tel je zegeningen' lijkt me wel nodig.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley